LICHT & LETTER
  • Home
  • Gedichten/Poetry
  • Groningen
    • Westerwolde >
      • Westerwolde
      • Kloosterkerk Ter Apel
    • Harssensbosch / Paddepoel
  • Ameland
  • Reisfotografie
    • Steden / Cities >
      • Rotterdam
      • Parijs
      • Berlijn
      • Kopenhagen, Aarhus
      • Toronto
      • Boston
      • Sydney
      • New York >
        • New York
        • Occupy
    • Canada >
      • Canada
      • Newfoundland, Quirpon
    • Australië
    • U.S.A. >
      • U.S.A. Lower 48
      • Alaska
    • Frankrijk, Saint-Tropez
    • Noorwegen
    • IJsland
  • Contact

GEDICHTEN Drukwerk

Picture
Picture

Voor eerste helft van 2026 staat er
​een nieuwe bundel gepland.

Picture

Ontwerp Leo Kaldenbach. ​
​Zet/drukwerk en gedicht Herman Janssen

​Schoon genoeg
 
Mijn huid kreukt
sneller
dan mijn overhemd;
ook wanneer ik
roerloos zit.
Of gewassen wordt.
Alleen een hoofd was,
kort programma
lage temperatuur.
Met een tabletje
als verzachter.
Toonbaar word ik
aan het ene raam gezet
mijn kamer rijk.
En zie, de wereld
zonder mij;
passerend, al was ik
een gewassen lijk.

Tatuu

Boem boem boem boem
het carnaval komt
boem boem boem boem
dansend door de straat
boem boem taterataa!
tarata tsjing boem!
De bekkens klinken
de bekken drinken
De bekkens swingen
de bekken zingen
Het carnaval klotst door mijn straat
Taratataa! Taratataa!
Boem stjing boem!
Boem boem boem boem
het blauwe licht dat zwaait
boem boem boem boem
taratataa tatuu tatuu!
Taratataa! Tatuu!
Boem boem
mijn hart mijn hart!
Boem boem 
mijn hart, mijn lief..
Tara Tatuu Te laat.
Picture

40x40, cortenstaal, hout, scrabbleletters




​Begin

Als je stormt
en het water verrimpelt
tot glas.
Als je brult en de zee 
​verstilt - waterpas.
Als het nog schuimt in je kop
van de vloed
die je ooit was.
Laat je dan vallen,
​met een zucht,
in een zee van gras.
Kijk naar de hemel
wordt eb
en weet
vandaag begin je pas.





​Weerzien
 
Om ons heen
versteent de wereld
en hier sta ik
broos en glas.
​
Doorzichtig
maar zo zichtbaar
voor die
wie jij ooit was.
 
Kom, spiegel je weer
in mijn gelaat.
Het is in de ander
dat een mens bestaat.

​Hogeland
​

Paardenbloem
graast door gras.
Geel het veld
wars gewas.

Boterbloem
smeert de dijk.
Als de zee
zacht het slijk.

Stokroos bloeit
rode muur.
Links het huis
langzaam uur.

Licht het land
zware klei.
Lied van Staal
hard maar vrij.

Ezinge





​De mens

​Druk druk- druk druk druk
druk druk druk - druk druk
druk druk druk druk druk druk 
druk druk druk

Druk
etc.

Naar 'De mus, Jan Hanlo'

​Luchtfietser
 
Sturend door het landschap
op het rad van avontuur.
Van ochtendgeeuw naar avondzucht;
raddraaier, vanaf het eerste uur.
 
Steeds vaker
maalt alleen het hoofd nog.
De benen vallen stil.
Zijn winter maakt hem eenzaam; 
ontsnappen is wat hij wil. 

Daar sprint hij naar de hemel
zonwind in de rug.
Koersend langs de Melkweg
hem pakken ze niet terug!

​​Heet en droog.

Geef mij maar het koud en nat
van dampend ochtendlicht
door nevel versneden
boven Groningse velden.

Geef mij maar het koud en nat
van slijmende slakken
slingerend door mijn tuin
dronken van geluk.

Geef mij maar het koud en nat
van bevroren ramen
verborgen ijsbloemen
ontluikend onder nul alleen.

Geef mij maar het koud en nat
van de te dunne huid, rillend
en rimpelend van tranen
door beseft gemis.

Tenslotte is alles beter 
​dan dat vurig verlangen,
heet en droog,
naar wat ooit bloeiend was.
​
​Ik verlang naar koud en nat.

44

Ik heb maar één paar schoenen.
Ik loop er zelden naast.
Ik ben een held op sokken.
De schoenen zijn de baas.

We beren door de kamer
op ijs van laminaat.
De schoenen vragen nimmer
hoe het mij vergaat.

We eten, werken, slapen
in dezelfde maat.
We dragen keizers kleren
totdat het niet meer gaat.

Nu draag ik blote voeten.
Ben mezelf niet meer tot last.
Mateloos gelukkig
​nu geen schoen meer op me past.



​     


  Weerbericht

   Ik omschrijf met het
   blauw van de lucht
   het wit van mijn wolken.
   Voel,    
   hoe ik in de tijd verdrijf,
   hoe de zinnen breken
   en het letters regent
   op het land:
   voor wie weer schrijft,
   nu ik ben verdampt.

   Brommer
    (voor hait)

   Op zijn blauwe Batavus,
   met een spatbord
   als een Romeinse helm
   waarop het gele plaatje
   fier de tegenwind doorsneed,
   spoedde hij zich
   met koplamp priemend 
   in het donker
   naar de kameraden,
   die bij aankomst,
   altijd, 
   in groten getale
   er niet waren,
   zodat zijn kracht
   geen macht verkreeg.

   'Weer meer bestuurders dan leden.'

​


​ 



​Boulder

​
 They are travelling together,
 done so for ages,
 their movement unseen
 by those short on time.
 Moss hikes on their backs,
 like barnacles on a wale,
 surfacing for a moment
 in an endless field of grass.



​Golem


​Het leven tekent,
zit ons op de huid.
​Past dat niet het zelfbeeld,
dan wissen we het uit.

We kneden liever zelf
aan een rimpelloos bestaan.
Allemaal hetzelfde,
nog voor de dood
dat heeft gedaan.





​Liefdesgedicht
 
Haar haar
is als een wolk
van merels,
krullende halen
trillend
in de ochtendzon.
 
Haar haar,
een tooi van twijg
en zachte zoenen
waarin ik
flierefluitend
nestelen kon.


​Seumer


Met ‘e
bloate
billig
in ‘e
blaik


​Haalfschaaid, wos zun, 
sloa k n moal rechtsòf. 
Nooit meer op 
nooit meer deel. 
Nou vot din mor, 
in t Noorden, 
veur ainmoal nog.


​Deur Wia Jager in t grunnegers
vertoald gedicht van Herman
Janssen ('Noorderzon'):


Famous first two sentences of my novel.
​            ‘I’ve got all the keys to all the cars in this trailerpark’, he said, ‘so I guess that makes me the king around here.’
                         ‘I only know of one king’, she answered, ​‘​and that’s Elvis - and I do not see no Elvis around here.’
   Sprookjesbos 

    Als kleine jongen
    kreeg hij snoepjes,
    ving hij strooigoed
    van de Sint.
    Groeide moedig verder,
    maar bleef wonen
    in het kind.

    Ik vond hem op een bankje,
    elfje in het bos.
    De zon met stralen strooiend,
    blinkend rijwiel op het mos.

    Onbevangen snoepend
    zag hij mij daar staan.
    Op zijn wenken ging ik zitten
     en dacht mij vleugels aan.
  
     Wachtend op zijn wijsheid,

     keek ik naar opzij:
     maar mijn jeugd was al vervlogen
     en die fiets, die bleek voor mij. 



Herfst
 
Het braken en kraken
van land en hout
Het rotten,  verkrotten
van de zomer oud
Het buigen en ruigen
van riet en lucht
Het kleuren van fleuren
een zomerse zucht
                                         
Ruik nog het leven
de belofte van dood
Weggaan is geven
wat de zomer je bood.


 Voorjaarsschoonmaak

  Bij de achterdeur
  staat mijn moeder.
  Uit lange laden
  staande op hun kant
  verjaagt ze het 
  binnenste
  naar buiten:  
  opgeklopt stof
  in nieuwe lucht, 
  klaar om weer  te vallen.
  Maar in haar graf
  duurt de winterslaap.


Lak

Op het plaatsje bij de buren
maakt het bankje zonne-uren
Haar huid verschiet van bruin naar wit
nu haar lakker elders zit
waar van zonnebank ontbloot
hij verbleekt tot witte dood.

Zonder lak aan het bestaan
​is het bladderen en vergaan.
​Klankbeeld
​

Ik lees het woord,
​hardop,
maar ken het niet.
Hoeft ook niet.
Het past bij
wie het hoort -
als muziek
om naar te kijken.
   
​    Selfie at the Niagara  


     Before the fall

     facing himself
     he suddenly realized
     that he had been one
     of the billion backdrops
     in other people's lifes.


Foto
‘Naar Japan’
  
Daar zit je aan het raam
een leven later
aan dezelfde tafel
kijkend over de zee: ‘Naar Japan’
zei  je ooit.
 
Ik bezweer ‘Naar Japan’
en durf dan pas te zitten
op je stoel
kijkend over de zee: naar onszelf,
de tijd ertussen.
 
Ik ben blij dat je gebleven bent
terwijl ik leefde
met wat komen ging
wetend dat ik wachtte
veilig, kijkend over zee.
 
Ik ben blij dat je gekomen bent
wachtend op het leven
dat geworden is
wetend dat ik leefde
zoekend, ‘naar Japan’.

 
Wickaninnish Restaurant, Vancouver Island
Foto
Foto




​Afhaalchinees



Ik bijt in de kroepoek
en denk aan hait

'hij kin so lekker ete'
zegt mem
maar ze is er niet meer
en hait ook niet
en toch
kroepoek
lekker.

​      
     Pypskoft 
         (voor pake)
 
     Verdreven van het Wad
     staat Neptunes in ‘t veld
     de drietand onder loof
     de vruchten opgeweld,
     Werk tussen de regels.
 
     De zoekers volgen
     als schepen in klei
     boegmorenen duwend
     ze toornen boven mij.
     Kind tussen de regels.
 
     Dan wordt de rug gerecht
     de leeuwerik gehoord
     pypskoft naast de kist
     het leven ongestoord.
     Mens tussen de regels.
 
     Gebleven is dat woord
     na het zinken van de kist
      ‘pypskoft’ - geef het door
     voordat het wordt vermist.
     Leef! tussen de regels.
​   Het Bildt
 
   Blauwe klei op rij
   omgekeerd
   golvend naar de  zee. 
   Waar grijs getij
   zijn voren trekt,
   land verwekt,
   Bildt ontdekt.

        Het bed.
 
          Op het kerkhof
          wist hij haar niet,
          maar in hun bed
          droomde hij haar,
          was ze van hem.
 
          Ze stond niet op,
          weigerde hem
          hun nieuw begin.
          Hij kon zijn lief
          niet weer winnen.
 
          Zijn kinderen
          verhaalden steeds
          van moeders dood,
          hij van het bed
          dat haar omsloot.
 
          Verbinding zoek
          met vrouw en kind.
          De  waan van hoop
          van wie bemint.

          Sint Annaparochie


                         Time
 
                         Standing at the rim
                         of the canyon
                         it does not notice you
                         You’re not there


Foto
​Berliner Dom
 
Onder haar koepel
brand ik van verlangen
een kaarsje
en gaat hoop op
in rook


​Ochtend
 
Nevel op poten
in natte klei
hangt stil en loopt
in grijze wei.
 
De wind wacht 
voor ‘t rode licht -
natte slierten om
bol gezicht.
 
Dan blaast ze 
(een ochtendzoen)
het polderlicht op
weidegroen.
Foto

              Caribou blues
              (you know: ta ta ta ta TA)  

              I was standing on my tundra
              happily grazing away
              Minding my own business
              no work - all play

             I heard them coming
             click - clicking away
             Damned paparazzi
             got to keep them at bay

             solo (I wish..)

            Mind your own business
            got nothing to say
            Damned paparazzi
            not going away
            Damned paparazzi
            are here to stay

           Norway

Zingeving

Het is omdat we meten
dat ons de maat wordt genomen,
dat we een begin willen 
en desnoods een eind.
Maar dan wel
 tot in de  eeuwigheid.
                           
Als  er geen punt  is,
wat is dan de zin?


Proudly powered by Weebly
  • Home
  • Gedichten/Poetry
  • Groningen
    • Westerwolde >
      • Westerwolde
      • Kloosterkerk Ter Apel
    • Harssensbosch / Paddepoel
  • Ameland
  • Reisfotografie
    • Steden / Cities >
      • Rotterdam
      • Parijs
      • Berlijn
      • Kopenhagen, Aarhus
      • Toronto
      • Boston
      • Sydney
      • New York >
        • New York
        • Occupy
    • Canada >
      • Canada
      • Newfoundland, Quirpon
    • Australië
    • U.S.A. >
      • U.S.A. Lower 48
      • Alaska
    • Frankrijk, Saint-Tropez
    • Noorwegen
    • IJsland
  • Contact
​